Inspirerende mensen @WUR: Ingrid Luijkx
“Voor de WUR liggen er nog volop kansen om stappen te maken op het gebied van diversiteit en inclusie”, volgens Ingrid Luijkx, universitair docent Meteorologie en Luchtkwaliteit. Zij was jarenlang de enige vrouw in de staf van haar groep. Om Wageningen University & Research (WUR) meer inclusief en divers te maken op het gebied van gender, nationaliteit, LHBTIQ+ en migratieachtergronden, pleit zij voor streefdoelen op het gebied van diversiteit en voor breder ingezette onbewuste-bias-trainingen. Ook kunnen docenten volgens haar een voorbeeldrol vervullen op het gebied van diversiteit en inclusie.
Wageningen University & Research zet zich in voor diversiteit, inclusie en gelijke kansen, omdat wij ervan overtuigd zijn dat dit bijdraagt aan beter onderzoek en beter onderwijs. Ingrid Luijkx, universitair docent Meteorologie en Luchtkwaliteit bij Environmental Sciences Group (ESG), reageert in dit interview op vragen over diversiteit en inclusie.
Kan jij 100% jijzelf zijn bij WUR en voelde jij je welkom op de campus?
Ik werk nu 10 jaar bij de WUR en voelde mij destijds zeer welkom. Voordat ik naar Wageningen kwam, heb ik in Groningen gestudeerd en daar ook mijn promotie gedaan. Vervolgens heb ik een Postdoc positie gehad in Zwitserland. Ik solliciteerde in Wageningen op een Postdoc positie van twee jaar terwijl ik zwanger was, en ben erg blij dat ik solliciteerde bij iemand die voorbij mijn tijdelijke afwezigheid keek. Je kunt er ook voor kiezen om je zwangerschap niet te melden bij een sollicitatie, maar ik heb dat bewust wel verteld. Ik zou niet willen werken in een groep waar dat een belemmering zou zijn geweest. Volgens mij ligt het er sterk aan wie je treft als leidinggevende op dit vlak. Bij mij pakte dat positief uit, maar ik denk dat er grote individuele verschillen zijn, ook binnen één universiteit.
Ik ben daarom ook erg blij met de groep waarin ik werk, waar mensen heel behulpzaam en open zijn. We hebben bijvoorbeeld met onze groep een Oekraïense vluchteling met twee kinderen geholpen aan een baan en woonruimte. Zij was voorheen PhD in Oekraïne. Terwijl haar man daar moest blijven, kunnen zij hier nu een leven opbouwen in veiligheid. In Nederland denk je daar niet altijd over na, maar het is goed om je te beseffen dat dat niet vanzelfsprekend is.
Wat zijn zaken die jou zijn opgevallen qua Diversiteit en Inclusie toen jij bij WUR kwam werken?
De groepen waar ik heb gewerkt waren op PhD en postdoc-niveau behoorlijk internationaal. Ook hier in Wageningen zie je bij de PhDs diverse nationaliteiten, maar op staf niveau zie je veel Nederlanders, dat zou wel diverser kunnen. Ook zie je bijvoorbeeld relatief weinig Nederlanders met een migratie-achtergrond bij de WUR of LHBTIQ+ personen. Ik denk dat er op dat vlak wel kansen liggen voor de WUR om diverser te worden.
In mijn vakgebied atmosfeer-wetenschappen zijn relatief weinig vrouwen in senior posities. Tien jaar geleden was ik in mijn groep de eerste vrouw boven PhD-niveau, en in 2020 was ik de eerste vrouwelijke copromotor bij een promotie. Gelukkig is onze groep de afgelopen jaren uitgebreid en hebben we nu een aantal vrouwelijke docenten, en binnenkort 3 tenure trackers. Atmosferisch onderzoek is een beta-onderwerp, waar in Nederland helaas nog steeds relatief weinig vrouwen voor kiezen.
Toen ik ruim 20 jaar geleden natuurkunde ging studeren in Groningen waren er op 100 eerstejaars slechts 9 vrouwen, en dat was toen een record. Ik denk dat je kinderen op de basisschool en middelbare school meer kunt interesseren voor de beta vakken. Daarom heb ik voor de kinderuniversiteit een themamiddag over CO2 verzorgd en sta ik als ‘wetenschapper in de klas’. Kinderen zijn zeer geïnteresseerd in dit onderwerp en het is goed dat ze zien dat vrouwen ook een carrière als onderzoeker kunnen hebben. In de opleiding waar ik lesgeef, zie je wel meer vrouwelijke studenten.
Ik denk dat het daarom erg belangrijk is dat er ook diversiteit is bij de docenten. Ik vind het heel positief dat we sinds een aantal jaar meer vrouwelijke docenten in onze groep hebben. Daarmee geven we een goed voorbeeld richting de studenten. Ook Willemijn Hoebert, weervrouw van de NOS, verzorgt een gastcollege tijdens een eerstejaars vak dat ik geef. Zij is een goed voorbeeld van een rolmodel in ons vakgebied.
Wat kunnen we doen om mensen minder uit te sluiten?
Ten eerste is het belangrijk naar elkaar te luisteren. Als je een andere mening hebt of ergens heel anders tegen aankijkt, is dat wel eens lastig. Als je dat merkt, kun je je afvragen “Moet ik mij aanpassen?” Of je kunt gaat twijfelen en denken “Past dit wel bij mij?” Ik merk dat mensen om mij heen mijn mening waarderen en daar soms ook direct naar vragen. Ik heb echt het gevoel dat ik mezelf kan zijn.
Maar dat geldt misschien niet voor iedereen. Ik vind het belangrijk dat mensen rekening met elkaar houden, zodat iedereen zichzelf kan zijn. Zo komt iedereen het beste tot hun recht. Daarbij kan het ook belangrijk zijn om bijvoorbeeld in een vergadering juist eens de mening te vragen van iemand die uit zichzelf niet zo snel het woord neemt, waarmee dan ook andere standpunten kunnen worden besproken.
Hoe denk je over positieve behandeling van minderheden of zelfs quota?
Ik denk dat quota niet een doel op zich moeten worden bij iedere sollicitatie, maar ik ben wel voorstander van streefdoelen voor de langere termijn. Ik wil zelf bijvoorbeeld niet geselecteerd worden alleen maar omdat ik vrouw ben, maar op basis van kwaliteit. Bij vergelijkbare geschiktheid vind ik het wel belangrijk iemand aan te nemen die de diversiteit vergroot.
Ik denk dat bewustwording belangrijk is om zo dichter bij dat streefdoel te komen, bijvoorbeeld door middel van impliciete-bias-trainingen om je op onbewuste vooroordelen te wijzen. Het zou goed zijn als zulke trainingen WUR breed worden ingezet, en deze niet vooral gevolgd worden door mensen die al geïnteresseerd zijn in dit onderwerp. In zulke trainingen kom je erachter dat vrijwel iedereen een blinde vlek heeft op het gebied van inclusie en diversiteit. Sprekende voorbeelden zijn daarbij ook van belang, en bijvoorbeeld de film ‘Picture a scientist’ is in dat opzicht echt een aanrader.
Met een streefdoel voor diversiteit in het achterhoofd kan het wel langer duren voordat een vacature is ingevuld. Dus ik pleit voor een beter langetermijnbeleid met meer geduld bij het zoeken van de juiste kandidaat. Ik ken situaties waarin vrouwen soms langer de tijd nodig hadden om de knoop door te hakken, omdat ze eerst rustig wilden bedenken hoe een nieuwe baan past in hun leven. Dat kan ook gelden voor mensen die uit het buitenland naar Nederland komen. Of als je met een gezin moet verhuizen voor een baan vraagt dat ook meer bedenktijd. Ik weet van een kandidaat die eerst met haar gezin kwam kijken in Wageningen voordat ze de knoop doorhakte.
Beide groepen zijn dus gebaat bij voldoende bedenktijd. Of denk in creatieve mogelijkheden: ik ken twee vrouwen die beide niet full-time willen werken, en daarom een duobaan als onderzoeker hebben. Zij hebben ook samen gesolliciteerd op een vervolg-positie. Ik vind het mooi dat er zulke mogelijkheden zijn, al denk dat het nog te vaak afhangt van individuen of zulke mogelijkheden opgezocht worden.
De visie van WUR is dat het niet uitmaakt van wie je houdt, welke taal jij spreekt, waar je geboren bent of waar je in gelooft. Wat is jouw ervaring?
Ik kan helemaal mezelf zijn in mijn huidige baan, en dat waardeer ik erg, want het is niet vanzelfsprekend voor iedereen. Het is belangrijk dat je je geaccepteerd voelt want als je je continu anders moet voordoen, hou je dat niet lang vol en dat kan leiden tot mentale problemen. Ik vind het belangrijk dat mensen respect hebben voor iedereen die niet aan het standaardplaatje voldoet, en dat we uiteindelijk ons standaardplaatje breder maken, zodat meer mensen daarin passen.
Waar liggen de kansen op dit vlak voor WUR?
Ik denk dat docenten een voorbeeldrol kunnen vervullen op verschillende vlakken. Een voorbeeld is dat je op Brightspace je voornaamwoorden kunt aangeven (zij/hij/hen/die), en je kunt je voornaamwoorden of je aanspreekvormen ook in je email handtekening zetten. Daarmee geef je duidelijkheid over je eigen wensen, maar geef je ook aan dat je anderen respecteert en een veilige omgeving biedt voor studenten. Daarnaast is het ook belangrijk dat je in gesprekken en bijvoorbeeld ook in colleges de juiste voornaamwoorden gebruikt, en dat je kiest voor neutraal taalgebruik. In het begin is dat misschien onwennig en maak je fouten, maar zo creëer je bewustwording en wordt het langzaam normaal.
WUR zou daar meer aandacht aan kunnen besteden en uitleggen waarom het goed is, zodat iedereen weet dat we dat doen om elke student zichzelf te kunnen laten zijn, maar WUR kan het vooral ook zelf toepassen, ook in officiële communicatie. En zoals ik eerder zei, lijkt het huidige aanname- en selectiebeleid soms nog afhankelijk van individuen die de definitieve keuzes voor het aannemen van nieuwe collega’s maken. Geef iedereen makkelijk toegang tot impliciete-bias trainingen om onbewuste keuzes voor mensen die veel op jezelf lijken te voorkomen.
Heeft iedereen binnen WUR gelijke (carrière)kansen? Hoe kunnen we ongelijke kansen verkleinen volgens jou?
In principe heeft iedereen dezelfde kansen, maar in de praktijk zie je toch verschillen. Er zijn bijvoorbeeld studies waaruit blijkt dat vrouwen meer hebben moeten inleveren op het gebied van publicaties vergeleken met mannen tijdens de corona lockdowns. En zijn tijdelijke Postdoc-aanstellingen lastiger te combineren met bijvoorbeeld een zwangerschap. Na vier jaar moet je of een vaste aanstelling krijgen of je moet een half jaar uit dienst. Zo heb ik ook een half jaar in Utrecht gewerkt omdat ik in Wageningen nog geen vast contract had. Ik snap dat dat een wettelijke verplichting is, maar al die wisselende aanstellingen zijn niet handig als je op zoek bent naar vastigheid. In die zoektocht zie je dat dat vaak leidt tot het vertrek van vrouwen uit de wetenschap.
Wat ook lastig is, is het onderwijs-rooster in Wageningen. Ik ben alleenstaande moeder en in de onderwijs-periodes heb ik veel hulp nodig van mijn familie voor de opvang van mijn kinderen. Ik ben dankbaar dat zij dit kunnen en willen doen, maar het zou fijner zijn als dit niet nodig is. Dit is een specifiek Wagenings probleem. Enkele jaren geleden is vanwege ruimtegebrek een rooster ingevoerd waarbij de colleges starten om 8.20 uur en doorlopen tot 19.00 uur. Zulke tijden zijn lastig te combineren als je kinderen hebt. We zitten met vaste blokken in het rooster en het is jammer dat er geen flexibiliteit is of creatieve oplossingen te vinden zijn voor mensen die door hun persoonlijke situatie niet makkelijk om 8:20 kunnen beginnen.
Hoe gaat WUR om met talent?
WUR laat vaak, evenals andere universiteiten, talentvolle Postdocs gaan, omdat we ze geen vast contract, een Tenure Track (TT) of een andere baan aan kunnen bieden. We mogen geen onderzoeksmedewerkers in vaste dienst hebben, en de maximumlengte voor tijdelijke contracten is daarmee een belemmering voor het behoud van talent. Niet iedere goede onderzoeker past in het profiel voor een TT-positie, bijvoorbeeld als iemand parttime wil werken. Bij WUR krijg je wel volop kansen en mogelijkheden om jezelf te ontwikkelen, en je talent te benutten, met name als je in een TT-positie zit.
Hoe zorg jij ervoor dat je geïnspireerd en gemotiveerd aan het werk blijft? Waar haal jij je energie uit?
Ik vind mijn vakgebied heel leuk en interessant, en CO2-onderzoek is ook erg relevant. Als wij met ons onderzoek CO2-uitstoot exact kunnen meten en simuleren, dan kan dat wereldwijd grote veranderingen in gang zetten. In mijn persoonlijke leven ben ik daar ook mee bezig en kijk ik wat ik zelf kan bijdragen. Zo ben ik deze zomer met mijn kinderen met de trein naar Oostenrijk gegaan en heb ze uitgelegd dat dat beter is voor het klimaat. Mijn kinderen zijn nu helemaal fan van treinreizen en willen niet meer met de auto. Het is mooi om te zien dat zij daar ook over nadenken. Ze hebben ook zelf gekozen om vegetariër te worden. Op deze manier kunnen we allemaal kleine dingen bijdragen. Ik vind het mooi dat ik daarin een voorbeeld kan zijn voor anderen.
Wat zijn je plannen voor over 10 jaar? Zie je jezelf dan nog binnen WUR werken?
Ik vind 10 jaar vooruitkijken altijd lastig, omdat er zoveel kan veranderen, maar ik vind mijn werk interessant genoeg om er de komende 10 jaar nog mee bezig te zijn. Ook het lesgeven vind ik erg leuk. Studenten houden je geïnteresseerd en dagen je uit met hun vragen. Vooral het introductievak dat ik geef, daar kan ik elk jaar weer wat nieuws in kwijt. Ik denk dat ik wel over 10 jaar een ander vak zal geven, maar mijn kinderen zeggen nu dat ze later bij mij in de klas willen om over de lucht te leren!