
Nieuws
Naar duurzame aquacultuur via gezamenlijk beheer: Simon Bush leidt FAO- discussie
Wereldwijd groeit de aquacultuur in rap tempo. Deze sector biedt oplossingen voor voedselzekerheid en geeft kwekers middelen voor bestaan, maar brengt ook urgente milieuproblemen en sociale vraagstukken met zich mee. Om deze complexiteit het hoofd te bieden, pleit Simon Bush, leerstoelhouder Environmental Policy, voor een fundamentele verandering in bestuur.
Bush’ werk rond gezamenlijk aquacultuurbeheer, waarbij overheden, gemeenschappen en bedrijven samen verantwoordelijk zijn voor besluitvorming, vormt de basis voor het nieuwe FAO ‘Guidebook for Developing Aquaculture Co-Management Systems’, waarvan hij de hoofdauteur is. Deze wetenschappelijk onderbouwde leidraad beschouwt gezamenlijk beheer niet als een abstract ideaal, maar als een praktische aanpak om de veerkracht, rechtvaardigheid en ecologische prestaties van aquacultuursystemen te verbeteren.
Deze kennis kreeg internationale aandacht tijdens de FAO-sessie ‘Shared Waters, Shared Futures: Shaping Aquaculture through Co-Management’, georganiseerd tijdens de 13e zitting van het FAO Subcomité voor Aquacultuur. De bijeenkomst, gemodereerd door Bush, bood een platform om de inhoud en toepassing van de leidraad te presenteren en te bespreken. Sprekers uit onder meer Chili, Vietnam, Tanzania en China lieten zien hoe gezamenlijk beheer wordt ingevuld in uiteenlopende ecologische en bestuurlijke contexten. Dat onderstreept de flexibiliteit van deze benadering en bevestigt haar relevantie voor de bredere FAO-richtlijnen voor duurzame aquacultuur.
Van top-down naar gedeeld bestuur
Gezamenlijk beheer houdt een verschuiving in van traditionele, hiërarchische bestuursmodellen naar inclusieve systemen, waarin overheden, lokale gemeenschappen en sectorpartijen samen beslissingen nemen. Prof. Bush presenteerde deze vorm van beheer als een realistische en toekomstgerichte benadering van uitdagingen zoals ziekte-uitbraken, watervervuiling en ruimteconflicten in aquacultuurgebieden. Door samenwerking en gedeelde verantwoordelijkheid te stimuleren, draagt gezamenlijk beheer bij aan veerkrachtige, adaptieve en breed gedragen vormen van aquacultuurontwikkeling.
Wereldwijde dialoog, lokale impact
De sessie gaf waardevolle praktijkvoorbeelden van hoe co-management, ofwel gezamenlijk beheer, lokaal wordt toegepast. Ook liet het zien dat deze bestuursvorm wereldwijd goed toepasbaar is. Deze inzichten worden inmiddels actief meegenomen in de verdere ontwikkeling van de FAO-richtlijnen voor duurzame aquacultuur.
Waarom het ertoe doet: WUR aan tafel
Deelname aan internationale panels zoals deze laat zien hoe WUR zich inzet voor wetenschappelijk onderbouwd beleid en mondiale duurzaamheid. Door direct samen te werken met multilaterale organisaties zoals de FAO, kunnen WUR-experts niet alleen hun kennis en methoden delen – zoals de FAO-leidraad – maar ook actief bijdragen aan het vormgeven van internationale beleidsagenda’s terwijl die tot stand komen.
“De toekomst van aquacultuur hangt af van onze bereidheid om over sectoren en grenzen heen samen te werken,” aldus prof. Bush. “Door deel te nemen aan dit soort gesprekken zorgen we ervoor dat de kennis van WUR bijdraagt aan praktische verandering richting duurzamere voedselsystemen en eerlijkere uitkomsten voor gemeenschappen.”
De betrokkenheid bij dit soort initiatieven zorgt ervoor dat wetenschappelijke inzichten daadwerkelijk hun weg vinden naar beleid, capaciteitsopbouw en internationale samenwerking. Tegelijkertijd benadrukt het WUR’s rol als toonaangevende speler in mondiale duurzaamheidstransities.