Nieuws

Hoe kan een efficiënter systeem de hele wereldbevolking voorzien van voedsel?

article_published_on_label
14 november 2022

Hoe kun je organische bio-grondstoffen zo efficiënt mogelijk benutten en die in de kringloop houden? En hoe regel je dat met elkaar? In een serie podcasts en artikelen vertellen Wageningse onderzoekers over hun visie op het circulaire voedselsysteem van de toekomst. Jan Broeze vertelt over de centrale vraag in Flagship 1: Hoe kunnen we de groeiende wereldbevolking voorzien van voedsel en materialen met respect voor onze planeet?

In het programma Circulair Verbonden is door vier onderzoeksteams - binnen zogenaamde Flagship projecten - van Wageningen University & Research (WUR) gezamenlijk gewerkt aan de HOE-vraag van de transitie naar een circulaire bio-economie. Dat is een samenleving waarin organisch materiaal de basis van ons voedselsysteem vormt en waarin geen biogrondstoffen meer worden verspild.

Overheden, bedrijven, consumenten en andere betrokkenen hebben ieder hun eigen rollen en belangen in de overgang naar een Circulaire bio economie. Circulair Verbonden onderzoekt hoe al die partijen in hun behoeften kunnen voorzien zonder de ander daarbij – onbewust – keuzes te ontnemen.

Beluister ook de podcast

Benieuwd naar de visie van Jan Broeze op een veranderend voedselsysteem en de rol daarin van vee, bonen en insecten? Beluister de podcast:

- Het social media element kan niet getoond worden - controleer uw instellingen

“Circulariteit zie ik vooral als een middel om ons voedselsysteem efficiënter te maken, niet als doel op zich”, vertelt Jan Broeze, trekker van het project waarin wordt gekeken naar wat een circulair voedselsysteem betekent, bijvoorbeeld op de schaal van Europa. “Circulariteit is wat mij betreft een verzamelwoord voor heel veel mogelijkheden die er zijn om het voedselsysteem efficiënter te maken. Door bijvoorbeeld reststromen uit de land en tuinbouw, maar ook uit de voedselindustrie beter te benutten. Wij hebben vooral zichtbaar willen maken wat de effecten zijn van de verbetering van onze huidige systemen.”

Alles is bruikbaar materiaal

Zoals bekend kampt ons huidige voedselsysteem met grote problemen, zoals emissies van stikstof en broeikassen. Daarnaast is er een grote uitdaging om alle monden te voeden. Circulariteit kan bijdragen aan die uitdagingen, maar ook bijvoorbeeld de eiwittransitie en door het optimaal benutten van reststromen uit de voedingsindustrie. Bijproducten uit de voedingsindustrie worden nu al wel ingezet als veevoer. Een logische keuze maar er zijn voorbeelden die aantonen dat het mogelijk is deze bijproducten op te waarderen naar menselijke voeding. Bierbostel bijvoorbeeld is een heel eiwitrijk bijproduct van de bierindustrie dat nu naar vee gaat maar ook kan worden verwerkt tot bakkersproducten. Er is kortom ruimte voor verbetering, volgens Broeze. “Met een efficiënter productiesysteem kunnen we meer voedsel genereren met de middelen die we hebben. Het weer toelaten van dierlijke producten in de diervoeding kan hier ook aan bijdragen.” Ook in het verbeteren van de bruikbaarheid van reststromen is winst te behalen. Nu belanden ze vaak in afvalbakken en verliezen daar hun waarde. Broeze: “We moeten af van onze afvalmaatschappij. Alles is een materiaal en heeft een mogelijke toepassing. Dat vraagt om een daarop afgestemde behandeling.”

Aanpassing in diëten

De onderzoekers van Flagship 1 keken ook naar de invulling van de Europese voedselbehoefte met verschillende diëten. Broeze: “Er is een switch van dierlijk naar plantaardig eiwit nodig, maar we kunnen niet verwachten dat verbetering alleen komt uit een veranderend consumptiepatroon. Daarnaast e moeten we ook kijken naar effectievere productie. Ik ben ervan overtuigd dat we voldoende kunnen produceren om de groeiende wereldbevolking te voeden maar niet als we ons westerse dieet exporteren.” De westerse voetafdruk is te groot, vraagt een te groot landgebruik, maar dat betekent volgens Broeze niet dat we allemaal veganistisch moeten worden. “Het dier heeft een rol in een circulair voedselsysteem. Al zijn we nu misschien te afhankelijk van vee geworden. De eiwittransitie, een verschuiving naar plantaardige eiwitten zoals in bonen en noten is onvermijdelijk. Het land dat daardoor vrij komt omdat we minder veevoer produceren en ons meer richten op het direct produceren van voedsel voor de mens, is ook nodig voor de productie van grondstoffen voor materialen.”

Kampioen reststroomverwaarding

In het buitenland hoort Broeze vaak dat Nederland kampioen reststroomverwaarding is. “Ik denk dat we nu klaar zijn voor de volgende stap daarin. Daarbij moeten we ons realiseren dat dit proces nooit eindigt. In de toekomst zullen, bij een veranderend voedingspatroon, weer andere reststromen zullen worden geproduceerd.” De onderzoekers hebben de effecten van verandering in consumptie nader bekeken en constateren dat hier steeds nieuwe uitdagingen opduiken.

Verspilling voorkomen

Het goede nieuws is dat er nog veel mogelijkheden zijn om ons huidige systeem efficiënter te maken. Zoals verspilling voorkomen, waardoor op andere plekken in het systeem weer speelruimte ontstaat. Circulariteit is wat Broeze betreft een verzamelwoord voor heel veel mogelijkheden die er zijn om het voedselsysteem efficiënter te maken. Het beter benutten van reststromen is er daar slechts één van. “De uitdagingen zijn groot dus ik denk dat we alle denkbare oplossingen serieus moeten nemen.”

Land voor biobased brandstof

In het agrosysteem moeten we ook ruimte maken voor biobased brandstoffen van geteelde gewassen, vindt Broeze. “Wij kijken als wetenschappers naar hoe we vruchtbare grond optimaal kunnen benutten en onderzoeken alternatieven. De discussie over het belang van voedsel ten opzichte van brandstof is geen wetenschappelijke maar een maatschappelijke.”

En de rol van de wetenschap? Die is om zoveel mogelijk oplossingen te vinden en de relevantie daarvan te laten zien. “Ook kunnen mijn collega’s en ik bewustwording creëren en inspireren door effecten van verbetering zichtbaar te maken. Reststromen niet als afval zien maar als waardevolle grondstof is een belangrijke eerste stap die aanpassing vraagt van consument én producent.”