
CGN-bladgroentencollectie
Bladgroenten zijn een zeer variabele groep van gewassen die worden verbouwd voor hun eetbare blad. Het onderscheid tussen bladgroenten en andere groenten is echter niet altijd even duidelijk.
Tijdens de bijeenkomst van het groentenetwerk van de ECPGR in Portugal in 2000 (Lebeda en Boukema 2001) is besproken welke gewassen als bladgroente worden beschouwd. Dit resulteerde in een overzicht van gewassen bestaande uit de volgende geslachten: Asparagus, Atriplex, Chenopodium, Chrysanthemum, Cichorium, Cynara, Diplotaxis, Eruca, Lactuca, Lepidium, Portulaca, Rheum, Rumex, Spinacia, Taraxacum, Tetragonia en Valerianella.
Lactuca soorten (sla) enSpinacia soorten (spinazie) zijn de belangrijkste bladgroentecollecties van CGN. Daarnaast heeft CGN de bladgroentencollectie verder uitgebreid met Valerianella (veldsla) en Cichorium (andijvie en witlof). Accessies van Eruca (rucola) zijn opgenomen in de cruciferencollectie.
Referenties
CGN veldslacollectie
Veldsla is een relatief klein gewas dat behoort tot de groep van minor leafy vegetables. De veldslacollectie werd opgericht in 2010 en bevat een diverse selectie van gecultiveerde en wilde accessies van verschillende Valerianella soorten.
CGN slacollectie
CGN beheert een van de grootste slacollecties ter wereld met meer dan 2500 accessies. Wilde Lactuca soorten zijn goed vertegenwoordig in de slacollectie van CGN en vormen meer dan 40% van de gehele collectie.
CGN spinaziecollectie
De spinaziecollectie van CGN bestaat uit meer dan 500 accessies en is daarmee een van de grootste collecties ter wereld.