Biodiversiteit en veerkrachtige ecosystemen uitgelegd

Biodiversiteit is het samenspel van duizenden soorten planten, dieren en ecosystemen en vormt de basis onder een gezonde leefomgeving, duurzame voedselproductie en het opvangen van klimaatverandering. Wat houdt dat precies in? Waarom is het belangrijk? En waardoor wordt de achteruitgang van biodiversiteit veroorzaakt? Dat leggen we uit.
4 vragen over biodiversiteit en veerkrachtige ecosystemen
Wat is biodiversiteit?
Biodiversiteit is kortweg de verscheidenheid aan leven – van de bacteriën in een slootwaterdruppel tot de vogels in een bos, van het mariene leven in een oceaan tot de ecosystemen van de aarde als geheel. Biodiversiteit omvat alle soorten planten, dieren en micro-organismen, maar ook de enorme genetische variatie binnen die soorten en de variatie aan ecosystemen waarvan ze deel uitmaken, van weiland tot wetland, van rivier tot oceaan en van bos tot woonwijk. Het gaat dus lang niet alleen over bloemen en bijen, bomen, koralen en aaibare beesten. Het begrip omvat het totaalpakket aan levende organismen en ecosystemen waarin ze leven – en de interacties daartussen.
Bron: United Nations Foundation: Biodiversity Explained: Facts, Myths, and the Race to Protect It

Wat is een ecosysteem?
Een ecosysteem is het geheel van levende wezens (planten, dieren, micro-organismen) en hun omgeving (zoals water, lucht en bodem). Alles in zo’n levend netwerk hangt met elkaar samen: organismen beïnvloeden hun omgeving, en de omgeving beïnvloedt hen weer terug. Zo zorgen bomen er bijvoorbeeld voor dat de bodem meer vocht vasthoudt en koeler blijft, terwijl de bodem op zijn beurt bepaalt of die bomen genoeg voedingsstoffen en water krijgen om te groeien.
Een ecosysteem met hoge biodiversiteit functioneert goed en is veerkrachtig: het kan wel tegen een stootje. De vele verschillende soorten spelen elk een eigen rol in het systeem – van het vasthouden van water en het afbreken van organisch materiaal tot het bestuiven van planten – en houden elkaar zo in balans.

Waarom is behoud van biodiversiteit en veerkrachtige ecosystemen belangrijk?
Biodiversiteit en veerkrachtige ecosystemen zijn de basis voor een gezond bestaan. Ze zijn namelijk cruciaal voor ecosysteemdiensten, de diensten die door een ecosysteem aan mensen worden geleverd. Het gaat hierbij om producten, zoals voedsel, drinkwater en grondstoffen, en om regulerende diensten, zoals waterzuivering, buffers tegen klimaatverstoringen en bestuiving. Daarnaast leveren ecosystemen culturele diensten, zoals recreatie, esthetiek en spirituele verrijking.
Meervoudige waarde van biodiversiteit
Biodiversiteit vertegenwoordigt een breed scala aan waarden. De intrinsieke waarde verwijst naar het bestaan van natuur, onafhankelijk van menselijk gebruik: soorten en ecosystemen hebben een recht op voortbestaan. Daarnaast heeft biodiversiteit een instrumentele waarde, omdat ze essentieel is voor ons dagelijks leven: voedselproductie, schoon water, zuurstof, grondstoffen en medicijnen zijn allemaal afhankelijk van levende natuur. Tot slot is er een relationele waarde. Natuur is verweven met cultuur, identiteit en welzijn. Groene landschappen, bossen en kusten bieden ontspanning, inspiratie en een gevoel van verbondenheid. Samen benadrukken deze waarden dat biodiversiteit onmisbaar is voor zowel ecologische als maatschappelijke stabiliteit.
Biodiversiteit en klimaat
Hoe groter de biodiversiteit, hoe meer veerkracht tegen klimaatverstoringen. Gezonde ecosystemen hebben het vermogen om klimaatgerelateerde gevaren, zoals droogte, overstromingen of stormen, op te vangen en te weerstaan. Tegelijkertijd vormt klimaatverandering een bedreiging voor de biodiversiteit. Waar klimaatdruk en vernietiging van natuur door de mens samenkomen, zullen de negatieve gevolgen voor de biodiversiteit naar verwachting veel ernstiger zijn. Biodiversiteit is dus een onmisbare bondgenoot bij het tegengaan van de impact van klimaatverandering op landschappen.
De huidige problematiek
Internationaal onderzoek laat zien dat biodiversiteit in rap tempo achteruitgaat. Sinds 1970 zijn populaties wilde dieren wereldwijd met gemiddeld circa 60% afgenomen. In Nederland en Europa is een vergelijkbare trend zichtbaar: soorten die enkele decennia geleden nog algemeen waren, zoals grutto’s of veldleeuweriken, zijn inmiddels schaars geworden. 40% van de soorten in Nederland staat op de Rode Lijst. Dat betekent dat ze hier binnenkort misschien niet meer voorkomen. Vooral met weidevogels en insecten zoals bijen en vlinders gaat het slecht.
Ook de genetische diversiteit neemt sterk af: van de duizenden planten- en diersoorten die ooit als voedsel zijn gebruikt, vormen tegenwoordig slechts enkele gewassen en rassen de basis van ons dieet. Wereldwijd is ongeveer tweederde van ons voedsel afkomstig van slechts negen gewassoorten. En bovendien is de variatie aan rassen binnen planten en diersoorten ook vaak beperkt. Rijst, tarwe en mais alleen al voorzien in de helft van de wereldwijde calorie-inname. Deze verschraling vergroot de kwetsbaarheid voor ziekten en plagen. Zo bedreigt een verwoestende ziekte de wereldwijde bananenteelt vanwege monocultuur. Omdat een soort met afstand dominant is, de Cavendish-banaan, en resistente en genetisch diverse variëteiten ontbreken, hebben ziektes vrij spel en is de impact op miljoenen kleine boeren in Afrika, Azië en Latijns-Amerika enorm.
Gevolgen voor mens en samenleving
Het verlies aan biodiversiteit tast direct de natuurlijke systemen aan waarvan ons bestaan afhankelijk is. Minder soorten betekent minder veerkracht: ecosystemen kunnen veranderingen zoals droogte, overstromingen of ziekten minder goed opvangen. Daardoor komen voedselzekerheid, waterkwaliteit en klimaatstabiliteit in het gedrang.
Verstoorde ecosystemen vergroten ook gezondheidsrisico’s, omdat intacte natuur vaak een natuurlijke barrière vormt tegen infectieziekten. Daarnaast raken de sociale en culturele functies van natuur onder druk. Mensen ontlenen welzijn, ontspanning en identiteit aan groene, gezonde omgevingen; het verdwijnen daarvan tast ook onze leefkwaliteit aan.
Biodiversiteit raakt dus alle lagen van de bevolking, van lokale gemeenschappen die direct afhankelijk zijn van natuurlijke hulpbronnen tot stedelijke bewoners die profiteren van gezonde leefomgevingen.
Internationaal beleid en kaders
De urgentie om biodiversiteitsverlies aan te pakken heeft geleid tot internationale afspraken. Het Kunming-Montreal Global Biodiversity Framework (2022) formuleert ambitieuze doelen, zoals het beschermen van 30% van land en zee in 2030, het stoppen van uitsterven van soorten en het herstellen van ecosystemen. Het kader draagt bij aan de langetermijnvisie voor 2050: een wereld waarin biodiversiteit gewaardeerd, behouden, hersteld en duurzaam gebruikt wordt, in harmonie met menselijk welzijn.
Deze afspraken zijn nauw verbonden met de Duurzame Ontwikkelingsdoelen van de Verenigde Naties. SDG 14 (Leven in het water) benadrukt bescherming en duurzaam gebruik van oceanen en mariene hulpbronnen. SDG 15 (Leven op het land) richt zich op bescherming, herstel en duurzaam beheer van terrestrische ecosystemen en biodiversiteit.
Beide doelen maken duidelijk dat natuurbehoud een voorwaarde is voor duurzame ontwikkeling wereldwijd. Het verlies aan soorten en genetische diversiteit is inmiddels zo groot, dat we buiten de veilige grenzen van wat de planeet kan dragen zijn gegaan. Wereldwijd zijn er vele initiatieven, niet alleen van overheden en ngo’s, maar ook vanuit lokale gemeenschappen en wetenschappers, om het tij te keren. Het waarborgen van biodiversiteit is een collectieve verantwoordelijkheid én een noodzakelijke voorwaarde voor een leefbare toekomst.
Bronnen: United Nations Sustainable Development Goals: Goal 14 | Department of Economic and Social Affairs, Goal 15 | Department of Economic and Social Affairs

Wat veroorzaakt het verlies van biodiversiteit en veerkrachtige ecosystemen?
Menselijke druk op de leefomgeving
De achteruitgang van biodiversiteit is grotendeels het gevolg van menselijke activiteiten. Industrie, landbouw, verstedelijking en verkeer oefenen een sterke druk uit op het milieu. Dit gebeurt via factoren als pesticidengebruik, overbemesting, stikstofuitstoot, grondwateronttrekking en vervuiling. Deze drukfactoren tasten ecosystemen aan en leiden tot een versmalling van soortenrijkdom en genetische variatie.
De rol van landbouw en het voedselsysteem
Wereldwijd is de landbouw de grootste veroorzaker van biodiversiteitsverlies. Ze is verantwoordelijk voor bijna 80% van de ontbossing, 70% van het terrestrische en 50% van het zoetwaterverlies aan biodiversiteit. Daarnaast draagt de landbouwsector ongeveer een derde bij aan de mondiale uitstoot van broeikasgassen. Tegelijkertijd is het voedselsysteem zelf kwetsbaar: droogte, bodemuitputting en het verdwijnen van bestuivers verminderen de stabiliteit van oogsten.
Bronnen: Nature-positive futures: Food systems as a catalyser for change - Wageningen University & Research
Pesticiden en nutriëntenoverschot door meststoffen
Het gebruik van pesticiden en meststoffen draagt bij aan de verarming van natuur. Chemische bestrijdingsmiddelen verstoren het bodemleven en zijn schadelijk voor insecten en vogels. Een teveel aan nutriënten uit meststoffen en afvalstromen in wateren vermindert de diversiteit aan planten- en diersoorten.
Belangrijkste drukfactoren in Nederland
In Nederland zijn stikstofdepositie en verdroging de grootste bedreigingen van biodiversiteit op land. Stikstof uit landbouw en verkeer zorgt voor een overmaat aan voedingsstoffen, waardoor enkele soorten – zoals brandnetel en braam – snel domineren en andere soorten verdringen. Onttrekking van grondwater versterkt verdroging, die door klimaatverandering verder toeneemt. Beide factoren leiden tot slechte groeiomstandigheden voor veel planten en dieren. De belangrijkste drukfactoren voor de biodiversiteit in de Noordzee en de Waddenzee zijn menselijke activiteiten zoals (bodemberoerende) visserij, zandwinning en scheepvaart, klimaatverandering en de introductie van niet-inheemse soorten.
Klimaatverandering als versterkende factor
Klimaatverandering en biodiversiteitsverlies zijn nauw verweven. Opwarming, veranderende neerslagpatronen en extremere weersomstandigheden vergroten de druk op ecosystemen. Geschat wordt dat bij 2,7 graden Celsius temperatuurstijging ongeveer 5% van de soorten wereldwijd met uitsterven bedreigd wordt; bij 4,3 graden kan dit oplopen tot 14,9%. Ecosystemen verliezen hierdoor functies zoals koolstofopslag en waterregulatie, wat klimaatverandering op zijn beurt verder aanjaagt.
Bronnen: Climate change extinctions | Science
Samenhang en noodzaak tot verandering
De drukfactoren versterken elkaar. Intensieve landbouw en grondwateronttrekking maken ecosystemen gevoeliger voor klimaatverandering, terwijl vervuiling de veerkracht verder verlaagt. Hierdoor ontstaan kettingreacties die zowel de natuur als de mens raken. Voor herstel van biodiversiteit is een aanzienlijke en blijvende vermindering van deze drukfactoren noodzakelijk. Dat vraagt grote inspanningen van landbouw, industrie, transport en samenleving als geheel.
