Biologische veehouderij: de effecten op dier, natuur en milieu

Over deze expertise
In het kort- Bijdrage aan nationale ambities
- Wetenschappelijk onderbouwd inzicht
- Brede impactanalyse
Nederland streeft naar 15 procent biologisch landbouwareaal in 2030. WUR onderzoekt samen met partners de impact van biologische veehouderij, van dierenwelzijn tot milieueffecten. Wij bieden expertise in meten, analyseren en ontwerpen van systemen, en ontwikkelen praktische oplossingen voor veehouders om de biologische sector toekomstbestendig te maken.
In de biologische veehouderij staan natuurlijk gedrag, gezondheid en ziektepreventie centraal. Wageningen University & Research ontwikkelt praktische oplossingen die deze principes versterken, maar onderzoekt ook waar knelpunten en verbeterkansen liggen. Zo kijken we hoe dieren optimaal meer ruimte en toegang tot buiten kunnen krijgen. Ook onderzoeken we hoe biologische voeders – geproduceerd zonder chemische gewasbeschermingsmiddelen en kunstmest – bijdragen aan hun welzijn en vitaliteit.
Daarnaast ontwikkelen we rendabele systeeminnovaties in de veehouderij, met oog voor maatschappelijke wensen. We maken interactieve ontwerpen op verschillende schaalniveaus en voeren integrale milieu-impactanalyses uit van (deel)systemen. Zo maken we zowel positieve als negatieve effecten zichtbaar. We richten ons ook op managementstrategieën die veehouders helpen de natuurlijke behoeften van dieren beter te ondersteunen en de kans op ziekten te verkleinen.
Meer informatie
Biologische veehouderij biedt voordelen voor dierenwelzijn.
- Dieren krijgen meer ruimte om te bewegen en hun natuurlijke gedrag te uiten
- Biologische veehouderij streeft ernaar dat dieren zoveel mogelijk in de buitenlucht kunnen zijn
- Dieren hebben de mogelijkheid om te wroeten, te scharrelen en ander natuurlijk gedrag te vertonen
- Biologische dieren krijgen minder antibiotica en andere medicijnen
- De ruimere leefomstandigheden en het vermijden van stressfactoren dragen bij aan een beter welzijn
Onze onderzoekers hebben met name gekeken naar de biologische melkveehouderij. Deze sector heeft een lagere veebezetting per hectare, gebruikt minder krachtvoer en gebruikt geen kunstmest en chemische bestrijdingsmiddelen. Omschakeling naar meer biologische melkveehouderij leidt waarschijnlijk tot een reductie van broeikasgasemissies per ha. Waarschijnlijk zal de koolstof-vastlegging in de bodem toenemen, waardoor de landbouwbodems beter bestand zijn tegen droogte, natte perioden en weersextremen.
Volgens cijfers uit het Bedrijfs Informatie Netwerk (BIN) is de uitstoot van broeikasgassen in de biologische melkveehouderij een derde lager per hectare en ongeveer gelijk per kilo melk ten opzichte van het gangbare melkveebedrijf. Door een groter aandeel kuilgras, minder krachtvoer en minder mais in het rantsoen is de methaanemissie per kilo melk van bio-melkveehouders hoger, net als emissie van lachgas. Daar staat een lager energiegebruik van de bio-boer tegenover.
Uitbreiding van biologische melkveehouderij kan een rol spelen in de extensivering van de landbouw rond kwetsbare natuurgebieden, zoals de Natura 2000-gebieden. Doordat biologische bedrijven minder ammoniak per hectare uitstoten, kunnen ze helpen om uit de stikstofimpasse te komen.
Er zijn ook belemmeringen die gepaard gaan met een biologische veehouderij.
- De geringe toename van de vraag naar biologisch voedsel
- De geringe beschikbaarheid van extra grond voor gangbare boeren om te kunnen omschakelen naar biologisch
- De geringe beschikbaarheid van biologische mest en krachtvoer
- Innovatie is nodig voor groei van biologische sector, bijvoorbeeld om arbeidsinzet te vergemakkelijken en te verminderen
Doe inspiratie op
Aanvullende producten en diensten (1)
Neem contact op met onze expert
Heeft u een vraag over een biologische veehouderij of wilt u samenwerken? Neem dan contact op.
ir. G (Gerard) Migchels
Onderzoeker Veehouderijsystemen



