Project

Definitie bedrijfs- en dierdichtheid

De directe aanleiding voor deze kennisdeskvraag is de meekoppelende structurerende keuze (MSK) dierziekten en zoönosen in het Nationaal Programma Landelijk Gebied (NPLG). Met deze MSK krijgen decentrale overheden handvatten voor hun besluitvormingsproces binnen het NPLG, zoals in situaties waarin keuzes gemaakt worden over bedrijfsbeëindiging of vergunningverlening bij nieuwvestiging, uitbreiding, of omschakeling. Deze MSK is opgenomen in de meest recente update van de handreiking NPLG (maart 2023). In de adviezen, die als doel hebben het verminderen van de risico’s van dierziekten en zoönosen, wordt onder andere aangegeven dat er bij bedrijfsbeëindiging of vergunningverlening rekening kan worden gehouden met bedrijfs- en dierdichtheid. De mate vanbedrijfs- en dierdichtheid is een risicofactor voor de verspreiding van de meeste zeer besmettelijke dierziekten en zoönosen.

Een aantal eenvoudige definities van bedrijfsdichtheid (en dierdichtheid) zullen worden beschouwd die mogelijkerwijs breder dan alleen in relatie tot dierziekten en zoonosen bruikbaar zijn.

Deze definities zullen worden geevalueerd aan de hand van transmissierisico’s van dierziekten waarvoor de kwantitatieve kennis bestaat om deze aan de bedrijfsdichtheid te relateren, waarbij de bruikbaarheid van verschillende mogelijke keuzes voor een kritische dichtheid worden onderzocht.Ook zal de definitie worden vergeleken met definities in een bredere beleidscontext. Voorbeelden zijn de Meststoffenwet, waarbinnen twee concentratiegebieden zijn gedefinieerd in Nederland; en de RIVM-lijst van pluimveedichte gebieden gerelateerd aan fijnstof.

Publicaties