Nieuws

Potanthurium in KAS2030 afgelopen winter compact gebleven

article_published_on_label
8 juli 2021

In de KAS2030 bij Wageningen University & Research, BU Glastuinbouw & Bloembollen in Bleiswijk worden vier gewassen geteeld zonder emissie van CO2, water en nutriënten en gewasbeschermingsmiddelen. Aan het einde van de eerste winterteelt (2019-2020) moesten we constateren dat de bloemsteeltjes zeer sterk strekten onder de 200 µmol/m2.s LED belichting. Afgelopen winter (2020-2021) hebben wij (bijna) alles uit de kast gehaald om een compacte plant te telen. Met succes, zo blijkt uit de vergelijking met partijen van dezelfde leeftijd uit de praktijk.

Het telen onder hoge intensiteit LED belichting, die gebruikt werd tot 16 uur per dag met een daglichtsom van 10 Mol per dag (evenveel als in de zomer) resulteerde vorige winter in een enorme versnelling van de teelt, en zeer bloemrijke planten. De plantvorm werd echter ontsierd door een sterke strekking van de bloemstelen, die hoog boven het blad kwamen te staan. Dit was al bekend bij belichten met SON-T, zelfs bij veel lagere intensiteiten. Op basis van literatuur is de teeltstrategie voor de tweede winter aangepast met als doel: even veel snelheid en bloemen, maar geen overmatige strekking van de bloemsteel.

Aanpak tweede winterteelt

Hiertoe hebben wij de daglengte teruggebracht naar 12 uur/dag en de lichtsom strak op 9 Mol/dag gehouden. Ook zijn we teruggegaan in onze streefconcentratie CO2 in de kaslucht, daar uit onderzoek met snijanthurium in 2010 was gebleken dat hogere concentraties CO2 tot langere bloemstelen leiden. We teelden met een lagere etmaal temperatuur (2oC in plaats van 23oC). Van alles mocht het een beetje minder zijn.

In 2002 tot 2004 hadden we met succes de bloemrek (toen bij lage intensiteit SON-T belichting) kunnen verminderen door gebruik te maken van Negatieve DIF, d.w.z., een lagere temperatuur overdag dan 's nachts. Met deze strategie werden de planten in KAS2030 tussen oktober en december iets té compact; bovendien kostte het wat meer energie. Halverwege de winter zijn we overgegaan van -DIF naar DROP als compactheidstrategie. Hiertoe lieten we de temperatuur vroeg in de ochtend enkele graden zakken (tot 16oC) door te kieren met de doeken, waarna de temperatuur door de warmte van de lampen en/of de zon binnen twee uur terug was op de gewenste temperatuur.

Resultaat: een hele goede, compacte plant

Door de combinatie van ochtend DROP, lager CO2 (500 ppm), kortere dag, lagere daglichtsom, maar ook door de planten iets eerder wijder te zetten dan in de praktijk, is het gelukt om een gewas te telen dat aardig compact was, haast even compact als in de praktijk, en wel minimaal 6 weken sneller. Bij het afleverklaar zijn van de planten hadden ze meer bloemen en ruim 50% meer versgewicht dan de planten van dezelfde leeftijd uit de praktijk. Ze hebben wel een meer dan twee keer hogere lichtsom ontvangen. De betrokken BCO heeft het gewas gedurende de tweewekelijkse bezoeken steeds heel goed bevonden. Een punt van aandacht is de iets lichtere / fletsere bloemkleur van de bloemen in de planten geteeld in de KAS2030, vooral de laatste weken onder invloed van het zonlicht. Iets wat je pas ziet als je de planten uit verschillende partijen naast elkaar zet. Door deze midden op de dag wat meer af te schermen, zou het mogelijk kunnen zijn om de bloemkleur te verbeteren. De vraag die bij de BCO rijst is: hebben wij, door de maatregelen om de planten compact te houden, wellicht groeiruimte laten liggen? Dat is niet uit te sluiten: De planten uit de KAS2030 lieten een iets lagere (13% lager) lichtbenuttingsefficiëntie zien dan de planten die onbelicht bij de telers stonden binnen dezelfde tijd. Om de vochthuishouding van het gewas in de kas te verbeteren is dit voorjaar ook aandacht besteed aan verbeterde isolatie van de kas; de volgende teeltronde wordt ook de watergeefstrategie aangepakt. Tevens zou een ander spectrum van de belichting ook aan extra groei hebben kunnen bijdragen.

Spectrumonderzoek potanthurium

Dat is de reden waarom in een aanvullend project dat afgelopen maart van start is gegaan, de invloed van het gekozen spectrum op bloemrek wordt onderzocht. Hiertoe worden 5 afwijkende spectra vergeleken met het spectrum uit de KAS2030 in een kleinere kasafdeling, waar winter condities (met behulp van doeken en kaskoeling) worden gesimuleerd. Binnenkort meer hierover in deze nieuwsbrief.

Doel komende periode: vergroten latente warmte oogst

Een belangrijk onderdeel van het fossielvrije kasconcept is de ontvochtiging, waarmee latente warmte uit de kas kan worden teruggewonnen om op andere momenten de kas mee te verwarmen. Vooralsnog is door het grote geveloppervlak en de gebruikte schermen er een onbalans in vochtaanvoer van de planten en vochtafvoer in de kas door condensatie tegen gevel en kasdek. Hierdoor hoeft er niet actief ontvochtigd te worden. Door het gebruik van een extra foliescherm is in het voorjaar een kleine verbetering van het vochthuishouding geboekt. Momenteel wordt onderzocht welke aanvullende maatregelen genomen kunnen worden om deze wel in balans te krijgen zodat er wel actief ontvochtigd moet worden. Immers deze onbalans geeft aan dat de kas niet optimaal geïsoleerd is en stap één naar een fossiel vrije teelt is een optimale isolatie.

Dit project wordt gefinancierd door Kas als Energiebron en het ministerie van LNV.​